Montenegro

Direct na de grens met Montenegro zochten we een rustige plek voor de nacht, en die dachten we te vinden op een stil weggetje dat onderlangs de douanepost liep, alleen leek het meer een privé weg naar enkele boerderijen. Er liep een man langs die we aanspraken om dit te vragen, maar hij sprak geen vreemde talen, pakte wel zijn mobiel, belde iemand op met wie we in het Duits konden spreken. De eerste man gebaarde ons achter hem aan te rijden, deed een hek voor ons open en gebaarde dat we daar de auto konden parkeren. We dachten dat we daarmee klaar waren, maar hij liep naar het woonhuis en een vrouw kwam naar buiten en gebaarde ons haar te volgen naar binnen, zette ons hapjes voor en een fles slivovitsj, maar wij gebaarden dat we liever thee dronken. Toen kwam haar zoon binnen, die had liggen slapen, maar sprak wel Engels. Zijn moeder was ervan uitgegaan dat we onderdak voor de nacht zochten, had een bed voor ons klaar, maar wij maakten duidelijk dat we liever in de auto sliepen. In de auto? Grote verbazing, maar wij hielden vast aan ons idee. Lastig bezoekje, voor hun was duidelijk dat gastvrijheid voorop stond, er kwamen steeds nieuwe hapjes, voor ons stond voorop zo snel mogelijk te gaan slapen en de volgende ochtend vroeg te vertrekken, vóór een eventueel ontbijt, of zelfs alleen maar koffie. Dus ’s ochtends nog even een typisch Hollands souvenir gegeven, met heel veel dank, tuinhek open en snel weg!

Een dag door Montenegro, een tocht langs mooie bergen en kust. In de avond (zondag) reden we door een kustplaats, overal enorm grote drukte, standaard of een feestdag?  Over de boulevard galmde Caro Emerald’s Oh what a night!, grappig.