Kratovo en Covec Kamen

Kratovo, een authentiek Macedonisch dorpje, gelegen in een krater. In het Rock Art Centre is veel informatie over de omgeving en haar geschiedenis. Wij zagen daar een ansichtkaart van een bijzondere rotspartij waar wij direct belangstelling voor voelden, dus de kaart gekocht om de weg te kunnen vragen. We kregen uitleg, thee, en een cracker met gekruid zout, en boekten een rondleiding door het dorp en omgeving. Heel boeiend, er bleek veel meer te ontdekken, met uitleg erbij.

In het dorp stonden ook oude verlaten huizen van vroegere Joodse bewoners. Frits: Oude wezens, droevige huisgeesten die tevergeefs wachten op de terugkeer van de bewoners, want ze hebben nooit afscheid genomen.

Ook bevonden zich hier de zogenaamde Stone Dolls: zeer merkwaardig gevormde stenen in een vlak landschap. De brug er naartoe was deels weggespoeld (leuk voor Frits, spelen met waterwezens); er was wel een soort ladder neergelegd, zodat je op de sporten kon stappen, voor Margrete met haar handicap heel lastig en spannend; één van de dames in het gezelschap liep op hoge hakken, maar ze kwam er goed overheen. Dit was ook een gebied met zeer merkwaardig gevormde oude bomen. Frits genoot van de mooie energie van de bergen rondom ons.

29 april: de Covec Kamen (42.264716 / 21.954105), gaten in de rotsen gemaakt door mensen als opbarings- en inwijdingsplaatsen vlakbij Kratovo, hadden we in 2010 ook al eens bezocht, we kwamen er heel toevallig langs toen. Het is zeker de moeite waard om deze plek hier nogmaals in ’t kort te vermelden. We reden toen over de hoofdweg en zagen bij een zijweg een voor ons onleesbaar (cyrillisch schrift) bordje met 20 km eronder. Bij de kruising was een winkeltje, waar ik een ansichtkaart zag met dezelfde naam erop als op het bord langs de weg. Die kaart heb ik toen gekocht om te laten zien als wij de weg moesten vragen, en nu had ik ‘m speciaal hiervoor weer meegenomen. Dus wij sloegen die weg in,en inderdaad maar goed dat we die kaart hadden, want bij geen enkele kruising stond verder ook maar iets aangegeven. We parkeerden de auto langs de weg, maar mensen die op het land aan het werk waren gebaarden ons dat we gerust het pad op konden rijden, en dat scheelde wel een kilometer. Er lag een indrukwekkende rotspartij in een verder vlak landschap, De rots bestond eigenlijk uit vier lagen, de hoogste was onbereikbaar, maar we klommen wel tot op de derde laag en ontdekten daar drie graven ingehouwen in de rotsgrond, op precies dezelfde manier als op de Odiliënberg. Odilia had ons dus ook laten weten dat zij ooit sterk verbonden was geweest met deze plek, en er graag weer verbinding mee wilde, dus of wij steentjes wilden uitwisselen en er een klankritueel wilden doen. In 2010 kenden we Odilia nog niet, maar nu wilde ze er heel graag mee verbonden worden. Het was al tegen de avond, dus zochten we een rustige plek voor overnachting, in de tuin van een leegstaand huis. Frits vroeg direct of we daar een helingsritueel wilden doen voor deze en alle andere ongelukkige huisgeesten.

 De volgende ochtend reden we dus weer hetzelfde pad op, maar nu wel in motregen, ik durfde niet het hele pad te gaan en parkeerde halverwege. Verder lopend ontdekten we dit keer ook nog een aardige waterstroom die we moesten doorkruisen, natte schoenen werk; heel onprettig voor Margrete’s orthopedisch schoeisel. Toen we er vlakbij waren, zei Frits: Er liggen twee stenen, eentje hoog, de andere in het midden. Ik: Hallo, zijn jullie aanspreekbaar? Ja, de berggeest is heel blij met jullie komst, en verwachtte jullie al. Heb je voor ons een steen voorbereid? Ja, die ligt al klaar, jullie zullen hem zo wel vinden. Ben jij vertrouwd met Odilia? Zo noemen we haar niet, hier herkennen we elkaar aan het licht. Is het goed met jullie hier? Ja, fijne sfeer, met veel natuur- en waterwezens (motregen) nu. We hebben het zeer naar onze zin, en helemaal nu we weer met het Grote Lichtwezen (Odilia) verbonden worden, na wel heel lange tijd. We klauterden naar de eerste etage, en naar de tweede, de derde laag bleef dit keer onbereikbaar voor ons, vanwege een dikke vochtige laag mos. Terug naar beneden was Margrete al gaan zitten, maar gleed ineens weg, roetsj, zo van etage twee naar etage één, daar kon ze zich gelukkig tegenhouden. Haar kruk lag nog boven, die pakte ik wel op.

Ze was natuurlijk enorm geschrokken, door het onverwachte van de situatie, en ook omdat ze wel heeldicht bij de rand was gekomen van een nogal diepe afgrond; had waarschijnlijk wat onhandige bewegingen gemaakt, vooral met haar gevoelige been Ze lag er even helemaal stil en als bevroren bij – in paniek, in shock? Ik wist even niet beter dan van boven af te roepen: Gewoon ontspannen, je eindigt wel ergens! In eerste instantie riep dat bij haar boosheid op, maar tegelijk haalde het haar ook uit haar shocktoestand. Ik liet haar kruk naar haar toe glijden waardoor zij kon iets hogerop kon komen waar zij – op een vlak stuk half liggend – en ik vanaf een etage hoger ons klankritueel met o.a. mondharp en tsinga’s hebben gedaan. Grappig genoeg was met haar glijpartij ook een steen meegekomen, ja, juist één van de stenen die bestemd waren voor ons. De andere lag al op de eerste etage, er vlak naast! We legden wat lekkers neer voor de natuurwezens (honing, chocola, rode wijn) en liepen vervolgens terug naar de auto, die ik op het pad had geparkeerd, een flink eind van de afgelegen verharde weg.

Het had ondertussen wel weer geregend, en het pad was aardig nat en modderig. Mijn wielen slipten en ik was bang dat ik ze steeds dieper en vaster in de modder zou draaien. Wat nu? Ik ben toen maar het hele stuk naar de weg gelopen, in de hoop dat er een auto langs zou komen, die me dan naar een boerderij kon brengen waar mogelijk een tractor zou zijn. En maar hopen dat ze Engels spraken. Niet dat ik erg hoopvol gestemd was, want veel auto’s reden er niet. Maar na zo’n tien minuten al kwam er een auto langs, de chauffeur liep met me mee naar onze auto, en met behoorlijk wat lef kreeg hij ‘m in beweging, waar ik juist bang was geweest de wielen steeds verder de modder in te draaien, en met heel veel gas geven (en wij duwen!) kreeg hij ‘m naar de weg. Pffff, wat een opluchting! Toeval? Odilia: Wat dacht je, anders zat je flink in de penarie! En jullie moeten nog meer voor mij doen! Dat noem ik nog eens samenwerken, dank je wel! Graag gedaan, tot later. Covec Kamen zullen we nooit vergeten!

hooiberg in boom